De vereniging Hart voor Stad heeft een analyse gemaakt van de jaarstukken van de gemeente Zaanstad over 2012.
Ons past een compliment aan de opstellers van dit document. Het is uitgebreid en redelijk overzichtelijk. Met redelijk bedoelen wij niet dat het van 251 (vorig jaar) naar 184 + 149 bladzijden is gegaan. Desondanks noodzaken nog veel onderwerpen een nadere toelichting.
Alhoewel wij van oordeel zijn dat “de meester zich toont in de beperking” is de afzonderlijke en overzichtelijke presentatie van reserves, voorzieningen e.d.. in een afzonderlijk deel als een duidelijke verbetering te beschouwen. Jammer is dat steeds een samenvattend overzicht – gerubriceerd per programma – ontbreekt. Helaas geldt dit ontbreken ook voor het kasstroomoverzicht.
Wij beschouwen het als onze taak – als burgerorganisatie - . deze jaarstukken kritisch te bezien.
Algemeen
Accountant
De accountantsverklaring ontbreekt. Waarom? En wat is de afloop van de discussie met de accountant m.b.t. de vooruit ontvangen erfpacht? In Amsterdam heeft de accountant een voorbehoud gemaakt bij de goedkeuring van de jaarrekening 2012 i.v.m. onzekerheid over de waardering van de grond. De tekst van de eerste alinea van blz.39 leidt tot het vermoeden dat ook bij Zaanstad deze problematiek leeft.
Blz. 9 Jaarresultaat
Het positieve resultaat wordt ten onrechte gepresenteerd als gevolg van voorzichtig financieel beleid. Dit is ons inziens geen juiste weergave van de realiteit. Op blz.127 staat dat het jaarrekening resultaat volledig bestaat uit incidentele meevallers. Ook uitstel van werkzaamheden die naar 2013 zijn verschoven speelt een grote rol. Tevens kunnen wij niet aan de realiteit voorbij gaan dat de opbrengst van de NUON aandelen ad. 100 miljoen over een periode van 7 jaar onze gemeente ervan heeft gered een Art. 12 te worden, met alle nadelen van dien.
Inzichtelijkheid
Er is een aantal onderwerpen dat beter resp. duidelijker verwoord kan worden. Op veel momenten maken de jaarstukken de indruk opgesteld te zijn door een groot aantal betrokkenen zonder dat gelet is op eenvormigheid van de gegeven informatie. (zie wat wij verder schrijven over Bijlage 6.3 Resultaatmodel per product).
Op blz. 147 worden de bestemmingsreserves genoemd. Helaas in alfabetische volgorde waardoor de relatie met de programma’s verloren is. Dit geldt ook voor de specificatie “Voorzieningen”(Blz. 149) terwijl “Overlopende passiva” (blz. 151) wel weer per programma is. Ten tijde van het opstellen van de Burap is bekend dat het begrote saldo ultimo 2011 per reserve meestal afwijkt van het werkelijke saldo. De correctie van het verschil wordt nooit als begrotingsmutatie gepresenteerd. Hierdoor is in de loop van het jaar geen goede tussenstand bekend.
Blz. 11 Kerntaken
Omdat de kerntakendiscussies destijds gestart zijn om te komen tot besparingen bij onderwerpen die niet tot een kerntaak behoren, hebben wij gezocht naar de uitkomst van deze discussies. Het resultaat in de vorm van een overzicht hebben wij niet aangetroffen. Wel lezen wij op deze bladzijde 11 dat de gemeente een “verandering van rol” (= eufemisme voor afstoten) juist op een aantal gebieden voorstaat die de bewoners direct raken; en wel Sport, Cultuur Stedelijke ontwikkeling en Wijkmanagement. Wij kunnen ons nauwelijks indenken dat de gemeenteraad juist deze onderwerpen niet als haar kerntaken ziet.
Blz. 12 Aantrekkelijke stad
Zaanstad heeft inderdaad de 27e plaats uit een totaal van 50 gemeten steden behouden. Dit ondanks dat in absolute zin aantrekkelijkheid met 0,5% achteruit is gegaan. Het streven om door alle bouw- en andere activiteiten juist aantrekkelijker te worden heeft tot nog toe niet tot resultaten geleid.
Blz. 13 Openbare ruimte, bankschuld en NUON aandelen
In 2009 heeft de raad besloten de aandelen NUON te verkopen aan Wattenfall. De betaling vindt in 6 jaarlijkse termijn plaats vanaf 1 januari 2009 tot 2015. De opbrengst van deze verkoop bedraagt voor Zaanstad ongeveer 100 miljoen Euro. Deze opbrengst zou oorspronkelijk worden gebruikt voor het aflossen van de bankschuld voor een bedrag van 50 miljoen en 50 miljoen voor het inlopen van onderhoudsachterstand openbare ruimte. Hiervan komt helaas weinig terecht.
Programma’s
Programma 01 Economie
Blz. 16 e.v. De effectdoelstelling “meer werkgelegenheid” is helaas niet gerealiseerd. Verklaarbaar door achteruitgang van de algemene economie. Minder verklaarbaar is de toename van het toerisme met 35% terwijl de opbrengst aan toeristenbelasting verminderd is. Zie ook blz. 86. Bij de opmerking dat Zaanstad steeds beter “op de kaart staat” moet wel de vraag gesteld worden wat Zaanstad daar dan als voordeel aan heeft.
Blz. 20 e.v. Programma 02 Werk, inkomen en integratie
Ondanks de moeilijke economische situatie is Zaanstad erin geslaagd de werkeloosheid binnen de perken te houden. Helaas is in de eerste maanden van 2013 dit relatief gunstige beeld verslechterd. Wij zetten een vraagteken bij het project Social Return omdat dit het risico in zich heeft dat projectkosten juist hoger worden. Zie verder bij blz. 83 inkoopbeleid. Hoewel motie 119 remmend werkt op de noodzaak om een aangeboden baan te aanvaarden heeft deze wel onze steun. Gezien de voorgeschiedenis moet worden gevreesd dat Baanstede in haar huidige vorm nooit tot een financieel werkbare onderneming zal leiden. Rigoureuze maatregelen zijn hier nodig.
Blz. 25 e.v. Programma 03 Wonen en ruimtelijke ontwikkeling.
In de aanhef hebben wij al gemeld dat het vasthouden van de positie op 27 uit 50 gemeenten geen fantastische prestatie is. Vooral omdat Zaanstad in 2005 nog de 19e plaats innam. Bij het doel om de milieubelasting terug te dringen (prestatie 1.1.1) ontbreekt de sterke noodzaak om dit ook met omliggende gemeenten af te stemmen en dan wel met name Schiphol en het Amsterdamse havengebied.
Betreurd moet worden dat prestatie 1.1.2 toekomstbestendige bestemmingsplannen niet haalbaar is gebleken. Zaanstad heeft hierbij ook in het verleden veel steken laten vallen. Wij willen hierop in een aparte notitie nog terug komen. Ook hebben wij al geruime tijd geleden gewezen op een naar behoefte aangepast woningaanbod. Opnieuw wordt in het jaarrapport gesteld dat het realiseren van meer aanbod van zorg- en aanleunwoningen niet op koers is. Dit terwijl de het percentage ouderen >65 jaar met 15% boven het gemiddelde van Nederland ligt en het aantal jongeren tussen 15 en 29 jaar juist relatief laag is.
Blz. 29 e.v. Programma 04 Bereikbaarheid en mobiliteit
Wij lezen dat de haalbaarheid van de aansluiting A8 – A9 op koers ligt. Wat ons betreft niet! zolang er geen duidelijkheid is over de integratie tussen de wijken aan de Westkant van de spoorbaan en die aan de Oostkant daarvan. Evenmin is het ons duidelijk hoe zal worden omgegaan met de aanzienlijke toename van het transitoverkeer dat Zaanstad zal doorkruisen. Opnieuw wordt het heikele onderwerp “spoorse doorkruising” in het geheel niet genoemd. Dit terwijl het collegeprogramma hieraan veel waarde hecht.
Blz. 32 e.v. Programma 05 Milieu
Aangezien bij effectdoelstelling 1 Zaanstad als totaal wordt gezien om in 2020 tot een klimaatneutrale stad te komen moet een vraagteken worden gezet bij de 3% klimaat neutraal toename ten opzichte van 2011 (5% naar 8%). Al veel eerder hebben wij de vraag gesteld wat men in onze gemeente bedoelt met dit begrip. Heel Zaanstad of alleen de gemeentelijke organisatie? Een nieuw (tijdelijk) contract met Greenchoice is dan wel een heel eenvoudige opgave. En was dit contract financieel ook het meest aantrekkelijke?
Het moet iedereen spijten dat een beperking van geluidoverlast vanuit Westpoort niet tot een goed resultaat voor ons heeft geleid. (1.2.5) Over andere risicovormende aspecten van het Westelijk havengebied wordt verder niets gezegd. Het doorzetten van procedures tegen bewoners om de plaatsing van windmolens mogelijk te maken is ons een doorn in het oog. (2.2.3.)
Blz. 37 e.v. Programma 06 Grondzaken en gebiedsontwikkeling
In prestatie 1.1.2 wordt veel nadruk gelegd op de BOUW van kantoren. Over de vulling daarvan door ondernemingen wordt niet gesproken terwijl dat, naar wij mogen aannemen, dit wel de bedoeling is. Kan dan nog gesproken worden over “Op koers”? Het treft ons dat bij 1.1.7 gezegd wordt dat de uitbreiding van de stortplaats Nauerna “Op koers” is. Dit vraagt zeker een toelichting. De vraag mag worden gesteld of Zaanstad niet beter Afvalzorg op wanprestatie kan aanschrijven dan de bewoners voor de rechter slepen. Naar onze mening zijn er voldoende redenen om wanprestatie aan te tonen. In afwijkingen vóór bestemming wordt uitstel van grondverkopen ad. 3,074 miljoen in gebieden Midden en Noord genoemd. De waarde van deze gebieden maakt deel uit van het grondbezit van de gemeente. Vastgesteld dient te worden of dit op 31 december 2012 nog de juiste waarde is.
Overigens vraagt de gelijkheid van de bedragen “begroot resp. realisatie” ad € 5.915 bij de post “Grondzaken” (blz. 166 onder “Mutaties Reserves”) om een toelichting. Het begrotingsbedrag dateert van 4 maanden eerder. Het lijkt er op dat per 31 december geen herwaardering heeft plaatsgevonden.
Blz. 41. Programma 07 Jeugd en onderwijs
In oktober 2012 heeft onze vereniging gesprekken gevoerd met ambtenaren en het College over de gezondheidsrisico’s verbonden met scholen en kinderopvangplaatsen in de nabijheid van hoogspanningsleidingen. Wij hebben er daarbij de nadruk op gelegd dat de gemeente hier een grote verantwoordelijkheid draagt. Wij betreuren dat in dit programma niets vermeld staat. Zolang deze situatie voortduurt, kan niet gesproken worden over “veilig en gezond opgroeien”.
Blz. 45 e.v. Programma 08 Maatschappelijke ondersteuning en welzijn.
Gezien de recentelijk ingezette versobering van financiële ondersteuning van bewonersorganisaties moet worden gevreesd dat “Meedoen in de samenleving” een aanzienlijke knauw zal krijgen. Dit terwijl wij kijkend naar de resultaten in 2012 juist op de goede weg waren. Het onderwerp “scholen en kinderopvangplaatsen in nabijheid van hoogspanningsleidingen” hebben wij niet aangetroffen.
Blz. 52 e.v. Programma 10 Cultuur
Wij zien steeds andere berichten m.b.t. de overbouwing van het station Zaandam in combinatie met een z.g. cultuurbedrijf met één directie. Wij moeten ons afvragen welke de argumentatie is om deze twee onderwerpen te combineren. Allereerst, de taak van een directie die zowel de Bieb leidt als het Zaantheater is een onmogelijke opgave. Het risico is dat deze directie een extra laag gaat vormen waarbij de bestaande directies van de te combineren instellingen blijven gehandhaafd.
De instellingen die in de overbouwing gehuisvest gaan worden zijn alle subsidie afhankelijk. Deze nieuwe huisvesting is een kostbare waardoor de huidige subsidies belangrijk verhoogd zullen moeten worden. Zolang voor deze overbouwing geen sluitende begroting kan worden opgesteld met behulp van andere commerciële partijen adviseren wij de bouw niet aan te vangen.
Blz. 55 e.v. Programma 11 Wijkgericht werken en beheer
Het teruglopen van de tevredenheid over het klantgericht antwoorden van vragen/klachten kan veroorzaakt zijn door de verhuizing en aanpassing aan de nieuwe werksituatie. Gehoopt mag worden dat dit nu snel zal verbeteren. Dat de aanbevelingen van de Rekenkamer Zaanstad niet uitvoerbaar zijn dient nader te worden toegelicht. Het instituut rekenkamer evenals dat van de ombudsman moet de waarde krijgen die het verdient. Het nagenoeg afschaffen van de wijksubsidies en daarmee verband houdende toename desinteresse van bewoners werpt de democratie van Zaanstad vele jaren terug.
Blz. 60 e.v. Programma Publieke dienstverlening
Effectdoelstelling 1 verbeteren van dienstverlening wordt niet geheel juist weergegeven. Inderdaad wordt de telefoon door het callcentrum sneller beantwoord. Echter, degene die men wenst te spreken is veelal niet beschikbaar of krijgt het callcentrum zelf intern niemand aan de telefoon. Een slechte zaak. Als de begroting 70% binnen 30 seconden is, dan is de realiteit minder dan 50%. Bij prestatie 1.1 wordt gesteld dat dienstverlening aan externe partijen niet (volledig) haalbaar is; zelfs niet volgens eigen gestelde normen. Een slechte zaak. Voor ons is het een raadsel wat onderaan blz. 62 wordt geschreven. 127 ontvangsten lagere leges heeft tot 329 minder organisatiekosten geleid. Retributies zouden toch kostendekkend moeten zijn?
Blz. 63 e.v. Programma 13 Openbare orde en veiligheid
Ondanks alle maatregelen blijkt de veiligheid in de uitgaansgebieden achteruit gegaan te zijn. Dit roept om een volledig andere aanpak van dit probleem. Het aantal milieu controles en hercontroles is te laag. Juist dit is in het belang van een gezonde en veilige stad. Het is onacceptabel dat de doelstelling als niet haalbaar wordt beoordeeld. (2.2.1) Wij oordelen dit belangrijker dan het uitschrijven van méér dan 7000 parkeerboetes. Dit laatste is een symptoom van onvoldoende parkeerruimte. Het is de taak van een gemeente daarin te voorzien. (2.1.4). Het beleid om projectontwikkelaars, die geen kans zien bij een project voldoende parkeerplaatsen te creëren, dit te laten afkopen is ronduit sjoemelen met de regels.
Blz. 68 e.v. Programma 14 Bestuur en organisatie
Het vertrouwen in het bestuur van de gemeente blijkt met het cijfer 5,9 tegen een onvoldoende aan te zitten. Gesproken wordt over ambitie en inzet maar tot nog toe heeft dit niet tot resultaten geleid. Het zou het College passen in de spiegel te kijken en de oorzaak bij zich zelf te zoeken. Een volledig andere aanpak tegenover de bewoners is hier noodzakelijk.
Vertrouwen moet worden verdiend!
Wij hebben de indruk dat de kerntaken discussie veel geblaat en weinig wol heeft opgeleverd. Wat de hervormingsagenda in de volgende fase daarvan moet opleveren is de vraag. Gevreesd moet worden dat de problemen veroorzaakt door “Zaanstad op de kaart zetten” zullen worden afgeschoven op de bewoners. Naar wij hebben gelezen behoren Sport, Cultuur, Stedelijke ontwikkeling en Wijkmanagement niet meer tot de kerntaken. (Zie blz. 11).
Blz. 72 e.v. Programma 15 Financiën
Het financiële beleid wordt door Gedeputeerde Staten als matig beoordeeld. Matig is vergelijkbaar met de 5,9 die het Bestuur en organisatie ook kreeg van de bewoners. (Programma 14). Veel winst valt te behalen bij het intensief uitoefenen van controles op bestedingen bij verbonden partijen en toezicht op uitgaven die in de vorm van subsidie door de gemeente worden gefinancierd. De inkomsten door het uitdelen van 7000 parkeerboetes zijn peanuts in vergelijking met besparingen die daarbij kunnen worden bereikt.
Prestatie 2.1: “Inkomsten gegenereerd door eigen bezittingen, die niet bijdragen tot de publieke taak, te verkopen”. De woordkeus is een beetje krom. De vraag is wat hier met publieke taak wordt bedoeld en welke eigen bezittingen daar niet bij horen? Voorzichtigheid is hier van belang om geen besluiten te nemen die later weer moeten worden teruggedraaid.
Bij 2.2.2 wordt gesproken over “het benutten van netwerken”. Na bijsturing zou dit nu op koers zijn. Dit is een subjectief oordeel tenzij dit door een extern adviesbureau is vastgesteld. De vereenvoudiging van rapportages zoals genoemd bij 3.1.2 geeft het risico van ondoorzichtigheid. Door het uitsluitend rapporteren van afwijkingen raakt het inzicht op het geheel verloren en komen trends niet meer tot uitdrukking. Vooral voor raadsleden die nieuw zijn en zich de materie eigen moeten maken is dit fnuikend voor een goed inzicht. Als laatste in dit programma wordt gezegd “er hoeft minder verantwoord te worden”. Democratie staat hier bepaald niet voorop! En dit moet niet het doel zijn van de vereenvoudiging. Over het weerstandsvermogen, dat in de jaarstukken 2011 nog een aanzienlijke verslechtering toonde (van 1,5 naar 1,1), wordt nu niet meer gesproken.
Blz. 78 e.v. Bedrijfsvoering
De bezetting in fte’s is lager dan begroot maar hoger dan de doelstelling die in het kader van besparingen en het betrekken van een functionelere werkruimte (het nieuwe stadhuis) in 2010 werd genoemd. Het ziekteverzuim neemt af (landelijke tendens). De kosten van inhuur zijn sterk gestegen terwijl ook hier eerder werd afgesproken deze drastisch te verminderen.
Blz. 83 inkoopbeleid. In het kader van Social Return dient een scherp oog te worden gehouden op de kosten van inkopen. Een commerciële organisatie zal zeker in de prijsstelling rekening houden met de plicht tot het aannemen van personeel. Het risico dat hiermee verborgen kosten ten laste van de gemeente in rekening worden gebracht is aanwezig. Dit betekent een verschuiving van lasten binnen de financiële verantwoording van de gemeente. Verder kan de vraag worden gesteld hoe controle op de 5% norm wordt uitgeoefend en hoe dubbeltellingen worden vermeden. Zouden de ondernemingen die een contract ontvangen van Zaanstad de 5% of minder niet beter rechtstreeks aan Baanstede kunnen afdragen? Daarbij kan Zaanstad eventueel de subsidie aan Baanstede met een ongeveer gelijk bedrag verlagen.
Blz. 84 Klachtenmanagement. Is het toeval dat de sterke toename van klachten samenvalt met het betrekken van het nieuwe stadhuis? Ten opzichte van 2011 is er een toename van 50%. Hier valt nog zeer veel te verbeteren.
Blz. 90 e.v. Treasury
Het beleid om kort te financieren is een goed beleid gezien de lage rentestand voor kortgeld. Aangezien de beschikbaarheid van kortgeld met lage rente via BNG nog wel even zal voortduren zou overwogen kunnen worden de limiet van 22% verder te verhogen. De totale toename van schulden met 20% is zorgwekkend, vooral ook omdat hierin de tijdelijke opbrengst van de verkoop van NUON aandelen in is opgenomen.
De rente van 2,5% over een lening aan BKZ Garantie BV is laag te noemen. Ligt hier het risico van ongeoorloofde subsidie om de hoek?
Ten aanzien van borgstellingen heeft de VNG commissie Gemeentelijke achtervang verbeteringen in de controle voorgesteld. Onduidelijk is of Zaanstad deze voorstellen ter harte neemt.
De opmerking dat dividenduitkeringen hoger dan begroot zijn door vervroegde verkoopuitkering van NUON aandelen is onlogisch.
Blz. 94 e.v. Weerstandsvermogen en risico’s
In de risico top 20 staan Stort Nauerna en Kreekrijk met ster boven aan. Aangenomen moet worden dat gezien gerechtelijke uitspraken en andere risico’s in dat verband het Nauerna risico volledig is afgedekt. Kreekrijk is als een nova naar bovengekomen. Wat is hier aan de hand dat het risico zo groot is geworden? Bij deze twee genoemde risico’s is het aan te bevelen deze los te koppelen van de andere risico’s en er een andere risicosimulatie op los te laten. Wij komen daar bij de kader nota nog op terug. Al ten tijde van de begroting 2013 hebben wij vraagtekens gezet bij te optimistische waarderingen van de weerstandsratio. Wij komen hier op terug in de kadernota.
Blz. 99 e.v. Onderhoud kapitaalgoederen
Per primo 2009 werd de achterstand onderhoud openbare ruimte geschat op 50 milj. Eind 2012 bedraagt deze nog ruim 37 milj. = een afname van 13 milj. in 4 jaren. Aangenomen wordt dat deze cijfers tevens achterstand vernieuwing riolen omvatten.
Blz. 102 Onderwijs huisvesting
Helaas ontbreekt elke verwijzing naar het risico van scholen onder hoogspanningsleidingen.
Blz. 104/105 Vastgoed portefeuille
Wij menen dat verkoop van de panden, die na verhuizing naar het nieuwe stadhuis vrij zouden komen, deel uit zou maken de financiering daarvan. Is dit beleid nu veranderd?
Blz. 106 e.v. Verbonden partijen
Mooi dat Baanstede op 20 september 2012 een nieuwe concept begroting heeft in geleverd. Maar wat is het resultaat? En wat heeft ons College nar aanleiding daarvan besloten?
De verwachting wordt uitgesproken dat de marktwaarde van HVC een veelvoud is van de uitstaande leningen van 1 miljard. Een bedrijf dat jaren lang verliezen declareert is niet aantrekkelijk voor overname. Wie heeft deze marktwaarde vastgesteld? Het aanbod van afval neemt regelmatig af. Het is goed dat HVC voor wat betreft de overname van het warmtenetwerk Purmerend is teruggeroepen. Importeren van afval uit Engeland en wellicht andere landen lijkt op de laatste noodsprong van HVC. Vroeger ging dat naar Afrika en nu dus naar ons land. Wellicht bout gezegd maar is het niet zo?
Blz. 112 Kostenverhaal
De grondexploitatiewet maakt het mogelijk, kosten gemaakt ten behoeve van bovenwijkse voorziening, deels te verhalen op projectontwikkelaars.
Wij hebben vernomen dat bedrijven gevestigd langs de Zaan niet bij willen dragen aan het tot stand komen van “Vaart in de Zaan”. Het is interessant uit te zoeken of genoemde wet in dit geval ook van toepassing is.
Blz 163 e.v. Programmarekening (resultaatmodel) per product.
Als een bijproduct wordt in elk verantwoordingsdocument het overzicht “Resultaatmodel per product” opgenomen. Vanuit financieel oogpunt is deze informatie veel inzichtelijker dan de onevenwichtige behandeling van de financiën in de programma-verantwoordingen. Daarin worden alleen totalen vermeld en een tamelijk gedetailleerde bespreking van de afwijkingen, waarbij overigens niet of moeizaam is vast te stellen of de gegeven verklaringen aansluiten op de vermelde eindtotalen van de afwijkingen. De optelsom van alle “MvB-afwijkingen” van prog.03 (blz. 28) bedraagt - € 1.778, de - € 375 uit de onbegrijpelijke tekst bij het 4e punt niet meegerekend. Volgens de jaarrekening bedraagt het “MvB-saldo” - € 1.484.
Hieronder enkele voorbeelden van de onduidelijke relatie tussen de verschillen “begroot en realisatie” per product en de cijfermatige toelichtingen in de overzichten per programma:
1e De verklaring van deze verschillen verwacht je terug te vinden op blz.36, maar helaas.
2e De verklaring van deze verschillen verwacht je terug te vinden op blz.39, maar helaas.
3e De verklaring van deze verschillen verwacht je terug te vinden op blz.39, maar helaas
Blz. 166 Mutaties reserves
Zeer argwanend bezien wij de gelijkheid van de bedragen “begroot resp. realisatie” ad €5.915 bij de Reserve Grondzaken Overigens zouden wij graag zien dat de ongeordende mutatiebende van blz.39 omgetoverd zou zijn in een overzichtelijke cijfermatige opstelling die aansluit op de onderverdeling van blz.166 e.v.. Hetzelfde geldt overigens voor alle andere programma’s.
Konklusie
Helaas is onze analyse langer geworden dan oorspronkelijk onze bedoeling was. En dit is nog maar een terugblik op de historie. Een terugblik wat al is gebeurd, wat al is uitgegeven en ontvangen. Wij houden ons hart vast wat er zal zijn te melden als aan ons de 2014 jaarbegroting voor analyse wordt voorgelegd. Wij willen er op aandringen dat in de toekomst – voor zover mogelijk - per programma een balans en een productresultaat-model wordt verstrekt met heldere cijferaansluitingen, toelichtingen en met – voor het noodzakelijke balansevenwicht – een rekening-courantverhouding met 15-Financiën.
Nu is het de taak van de Gemeenteraad, waarvoor wij deze analyse hebben opgesteld, daarover van gedachten te wisselen en tot conclusies te komen
Vereniging Hart voor Stad
Bert Bok, voorzitter Hans Zunnebeld penningmeester